22-11-2009

Alleen, maar mooi....


Al een aantal maanden geleden zat ik in het bos. Op mijn plekje.
Ja, ik heb een eigen plekje. Ik kom er niet vaak maar als ik er kom, dan doe ik dat met een rede. Een gevoel welke me vasthoudt. Vragen die niemand kan beantwoorden behalve ikzelf. En zelfs ik weet soms de antwoorden niet.

Op die momenten zoek ik mijn plekje weer eens op. Beschut van de bewoonde wereld en uit het zicht van andere laat ik de vragen op me afkomen. Denk ik na terwijl ik staar over het veld. En kom tot rust.

Waar ik de antwoorden kan vinden, maak ik mijn keuzes. En is die keuze dan gemaakt, dan kom ik er zelden op terug. En heb ik geen spijt als het de verkeerde was. Nee, dat hoort erbij, en zo zal het dan ook zijn.

De vragen die geen antwoord kennen worden meegenomen door de wind. Het zijn die vragen in het leven die iedereen wel eens bezighoudt. Waarom? Waarom ik? Waarom nu? Het zal z’n redenen wel hebben. Dus waai maar lekker met de wind mee en maak mijn hoofd weer even leeg.

En daar zat ik dan, 32 jaar en in mijn boom geklommen. Een paar meter boven de grond laat ik de rust weer tot mij komen. En terwijl ik om mij heen kijk zie ik steeds weer nieuwe dingen. En zo ook een beeld welke mij tot vandaag niet los kon laten. Een boom. Gedachten spelen door mijn hoofd en het beeld vormt langzaam woorden. Ik weet dat deze woorden ooit veranderen in een stukje tekst.

Nu maanden verder heb ik al verschillende blogjes geschreven, maar telkens komt het beeld weer terug van die ene boom. En telkens vormen de woorden niet de juiste zinnen en verdwijnen ze weer in het niets. Het past nog niet in mijn omgeving. Tot nu….

Nu is er een aanleiding gekomen. Een verhaal waarin de mijne past. Waar de boom haar plek gaat vinden. Eindelijk komt ze tot haar recht.

Daar staat ze dan. Alleen.

In dit bos staan honderden bomen. De één nog hoger dan de andere. Al jaren zijn ze samen en groeiden ze uit tot deze mooie plek. Een plek waar dieren schuilen. Maar ook een plek waar ik kan opgaan in dat wat ik zo mooi vindt. Hier is er rust en vrede. Hier moet toch alles goed zijn?

In het bos is een open plek. Zittende aan de rand kijk ik uit over de heide. Soms als het heel rustig is zie je hier een ree lopen. Ook zij voelt zich veilig tussen de bomen en zoekt haar plekjes zorgvuldig uit. Konijnen steken het veld over. Het geruis van de wind laat de bladeren zingen. Muziek die feilloos aangevuld wordt door het gezang van de vogels.

Dan vliegt er een vogel over. Ze laat zich dragen door de wind en land midden op het open veld in een boom.

Daar staat ze dan. Alleen.

Deze boom geeft niet de beschutting van een bos. De natuur heeft schijnbaar besloten dat zij het alleen heeft moeten doen. Tussen de andere bomen had ze beschut gestaan. Had ze kunnen meegroeien met de rest. Maar nee, dit was niet haar lot.

Van jongs af aan kreeg ze het zwaar te voorduren. Vocht ze alleen tegen de stormen en droeg ze alleen de sneeuw welke in de winter haar takken verzwaarden. Ze werd niet gezien door de dieren omdat ze geen beschutting bracht. Ze voerde alleen haar eigen strijd.

En nu na jaren van storm, sneeuw, regen, wind en eenzaamheid staat ze daar. Als ik achter me kijk zie ik de bomen van het bos bij elkaar staan. Groen, ja dat zijn ze. Maar vooral in de toppen. De stammen zijn leeg of verdort. Samen staan ze mooi, maar alleen zijn ze te kaal.
Dan kijk ik weer terug naar haar en zie hoe perfect volmaakt ze is geworden. In al haar kracht laat ze zien dat ze het alleen gered heeft. En zonder twijfel is ze de mooiste van allemaal. Vogels vinden haar volle takken en bouwen hun nestjes. Konijnen graven hun holletjes tussen de stevige wortels die ze heeft gekregen. Ik sta op en loop naar haar toe. Eenmaal bij de stam gekomen ga ik weer zitten.

Niet iedereen is dus voor altijd alleen. Wie vertrouwen houdt zal blijven groeien. En niet alleen aan de toppen. Nee, volledig groeien. Al staat ze hier weg van de rest, ze is allang niet meer alleen. Met mijn rug tegen haar krachtige stam sluit ik mijn ogen. Ik voel hoe de rust die ik hier toch al vond nog sterker wordt. Dan bedenk ik me dat we hier nu samen zijn en fleur ik even helemaal op.